Babette Blaisse, Oscar van der Pol - 27-01-2021

Q-Park boekt opnieuw succes in strijd tegen oneerlijke overheidsconcurrentie

De Autoriteit Consument en Markt (ACM) heeft naar aanleiding van een signaal van Q-Park onderzoek ingesteld naar de kostendekkendheid van de exploitatie van drie Hilversumse gemeentelijke parkeergarages. Bij besluit van 22 januari 2021 oordeelt de ACM dat de gemeente Hilversum vanaf 1 juli 2014 tot en met 31 december 2019 de Mededingingswet heeft overtreden bij de exploitatie van deze parkeergarages. Gedurende de genoemde periode heeft de gemeente namelijk nagelaten om overeenkomstig de gedragsregels van de Wet Markt & Overheid de integrale kosten door te berekenen.  Het verlies op de exploitatie van de parkeergarages werd met belastinggeld gecompenseerd.

De ACM wijst er in haar besluit op dat een overheidsorgaan er bij het aanbieden van een economische activiteit op toe dient te zien dat aan de Wet Markt & Overheid wordt voldaan. Dit betekent onder andere dat een overheidsorgaan ten tijde de vaststelling van de tarieven, en dus op basis van de boekhoudkundige realiteit op dat moment, zich ervan vergewist dat alle kosten zijn gedekt. Door achteraf aanpassingen door te voeren, zoals de gemeente Hilversum deed, kan een schending niet ongedaan worden gemaakt.

Uit de berichtgeving op de website van de ACM volgt dat de gemeente de parkeertarieven gaat aanpassen. De ACM boog zich op verzoek van Q-Park al eerder over een vergelijkbare kwestie, en ook toen werd Q-Park in het gelijk gesteld. In die kwestie overtrad de gemeente Veenendaal bij de exploitatie van drie gemeentelijke garages de Wet Markt en Overheid. Lees meer hierover in het bericht ‘Gratis parkeren in gemeentelijke garages zorgt voor oneerlijke overheidsconcurrentie’.