Shira Vrij - 12-03-2018

Kabinet wil ontwijking WNT door zorginstellingen de kop indrukken

In december 2017 zette ik de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot de Wet Normering Topinkomens (WNT) voor u op een rij. Het kabinet heeft sindsdien niet stilgezeten. Minister Ollongren en minister Bruins hebben hun pijlen gericht op het aanpakken van constructies in de zorg waarmee de WNT wordt ontweken. Zij willen dergelijke constructies hard aanpakken en werken aan een wetsvoorstel.

Eind vorig jaar bracht het Financieel Dagblad aan het licht dat veel zorginstellingen zich door een simpele constructie aan de normering van de WNT onttrekken. Kort gezegd is de WNT in de zorg enkel van toepassing op instellingen die een ministeriële toestemming hebben om zorg te mogen verlenen (hierna: zorginstellingen). Ondernemingen die door een zorginstelling worden ingeschakeld, vallen niet onder het bereik van de WNT. Op basis van deze regels hebben zorginstellingen een manier gevonden de WNT te ontduiken. Zij vragen toestemming aan de overheid om zorg te mogen verlenen maar besteden die zorg in de praktijk geheel uit aan een andere (verbonden) onderneming. Deze onderneming valt niet onder de WNT zodat die gewoon winst uit mag keren en bovendien niet gebonden is aan het beloningsplafond van de WNT. Topfunctionarissen (die vaak enkel bij de onderaannemer en niet bij de zorginstelling op de loonlijst staan) kunnen zich dus zonder restricties via deze onderneming laten uitbetalen en niemand weet wat zij precies verdienen.

Het probleem waar het kabinet mee worstelt, is dat dergelijke constructies onwenselijk en in strijd met de geest van de WNT zijn maar niet bij wet verboden. Daar wil het kabinet verandering in brengen. In een brief aan de Tweede Kamer van 22 februari 2018 schrijven minister Ollongren en Bruins dat zij werken aan een wetsvoorstel waarin de werking van de WNT op twee manieren wordt uitgebreid. Ten eerste wordt de werking niet meer gekoppeld aan een ministeriële toestemming maar aan het (laten) verlenen van zorg. De WNT wordt op die manier van toepassing op alle entiteiten die zorg verlenen en dus ook op onderaannemers. Ten tweede willen de ministers dat de WNT gaat gelden voor alle aan de zorginstelling gelieerde ondernemingen. Dit moet voorkomen dat de WNT ontweken kan worden door een topfunctionaris (gedeeltelijk) aan te stellen bij een verbonden entiteit die niet onder de reikwijdte WNT valt.

Het wetsvoorstel is niet geheel nieuw. Een vergelijkbaar voorstel is al eerder ontwikkeld maar toen niet ingediend omdat de Raad van State kritisch was. De Raad vreest dat de reikwijdte van de WNT met de wetswijziging wordt uitgebreid tot de private sector terwijl de WNT thans enkel ziet op de (semi-)publieke sector. Toch achten de ministers een wetswijziging nodig: “geld voor de zorg moet voor de zorg blijven”.

De planning is erop gericht het wetsvoorstel eind 2018 aanhangig te maken. Wij houden u op de hoogte.