Jurne Adrichem - 30-01-2024

Welke wetgeving is van toepassing op een vergunningaanvraag van vóór 1 januari 2024?

Na lang wachten is op 1 januari 2024 dan eindelijk de Omgevingswet in werking getreden. Maar welke wetgeving is eigenlijk van toepassing op aanvragen voor omgevingsvergunningen die vóór deze datum zijn ingediend? De rechtbank Midden-Nederland gaat in twee afzonderlijke uitspraken op deze vraag in.

Inwerkingtreding van de Omgevingswet

Tegelijkertijd met de inwerkingtreding van de Omgevingswet is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: 'Wabo') ingetrokken. In situaties waarin een omgevingsvergunning is aangevraagd vóór de jaarwisseling, en dus voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, roept dat de vraag op welke wetgeving van toepassing is.

Overgangsrecht

De rechtbank Midden-Nederland heeft op 14 december 2023 (ECLI:NL:RBMNE:2023:6749) en op 3 januari 2024 (ECLI:NL:RBMNE:2024:13) bevestigd dat indien een aanvraag voor een omgevingsvergunning is ingediend vóór de inwerkingtreding van de Omgevingswet, de Wabo met onderliggende regelingen van toepassing blijft. Dit volgt namelijk uit het overgangsrecht van artikel 4.3 van de Invoeringswet Omgevingswet:

Als voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet een aanvraag om een besluit is ingediend, blijft het oude recht, met uitzondering van artikel 3.9, derde lid, eerste zin, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, van toepassing:

  1. als tegen het besluit beroep openstaat: tot het besluit onherroepelijk wordt,
  2. als tegen het besluit geen beroep openstaat: tot het besluit van kracht wordt.”

Van rechtswege verleende vergunningen

Artikel 3.9, derde lid, van de Wabo is echter expliciet uitgezonderd van dit overgangsrecht. Uit dit artikel volgt, kort samengevat, dat als het bestuursorgaan niet tijdig op een aanvraag beslist, de beschikking (lees: vergunning) van ‘rechtswege’ is gegeven. De wetgever heeft met deze uitzondering beoogd dat deze regeling voor het van rechtswege verlenen van omgevingsvergunningen per 1 januari 2024 is komen te vervallen.

Concreet betekent dit dat slechts een vergunning van rechtswege kan ontstaan als de aanvraag voor een vergunning uiterlijk acht weken voor 1 januari 2024 is ingediend, tenzij het bestuursorgaan de beslistermijn van 8 weken heeft verlengd. In dat geval zijn we de grens van 1 januari 2024 namelijk gepasseerd, waardoor er dus geen van rechtswege verleende vergunning meer kan ontstaan.

Een van rechtswege verleende vergunning moet echter ook nog worden bekendgemaakt door het bestuursorgaan, waarna de van rechtswege verleende vergunning pas in werking treedt. Dit moet in beginsel binnen twee weken gebeuren. In zo'n geval ligt de datum van inwerkingtreding dus ná 1 januari 2024. De rechtbank Midden-Nederland heeft in de eerder aangehaalde uitspraak van 14 december 2023 geoordeeld dat deze omstandigheid niet met zich meebrengt dat een dergelijke van rechtswege verleende vergunning niet meer in werking treedt.

Conclusie

Als een vergunningaanvraag is ingediend voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet, blijft de Wabo met onderliggende regelingen in beginsel van toepassing. Bij het leerstuk van van rechtswege verleende vergunningen zien we echter dat deze regeling per 1 januari 2024 is afgeschaft. Vergunningen kunnen dus slechts voor deze datum van rechtswege worden verleend, waarbij het mogelijk is dat de vergunning van rechtswege op een later moment in werking treedt.

Deze bijdrage is ook gepubliceerd in de Nieuwsbrief Omgevingsrecht van SDU.